Interview met onze programmadirecteur Philip Wagner

‘Een MBA moet ondernemend zijn’

Innovatief vermogen, leiderschap en ondernemerschap. Dat zijn volgens Philip Wagner, programmadirecteur bij AOG School of Management, de belangrijkste vereisten waaraan Nederland moet voldoen om op het internationale toneel mee te spelen. ‘Toegegeven, dat klinkt nogal fors. Maar dat is het niet. Alles hangt met elkaar samen. En opleiden speelt een voorname rol.’

De programmadirecteur heeft een duidelijke visie op de positie die Nederland internationaal zou moeten bekleden. ‘China, Brazilië, India, Rusland, India en een aantal kleinere economieën groeit harder dan die van ons. Het is niet voor niks, dat eind maart een delegatie met onder meer de kroonprins Vietnam bezocht. Want wij willen al in een vroeg stadium in zo’n groeiende economie vertegenwoordigd zijn.

Export is voor onze vitaliteit enorm belangrijk, want binnenlands kunnen we nauwelijks meer groeien.’ Wagner gaat verder. ‘Dit klinkt nogal fors, maar wat betekent het voor de man in de straat? De uitdaging om in Nederland medische topindustrie te vestigen, is bijvoorbeeld een ambitie die past in dat beeld. Maar om dit te kunnen realiseren, hebben we niet alleen top-medici nodig. Maar ook top-bedrijfskundigen, top-recruiters en top-economen. Wie in het buitenland competent wil zijn, heeft innovatief vermogen nodig. Dat vraagt om diepe wortels. Een belangrijk aspect daarvan, is het opleiden van mensen en het faciliteren van hun talent.’

Innovatie

Innovatief, ondernemend en leidend. Het zijn grote ambities, die niet makkelijk te realiseren zijn. Dat weet ook Philip Wagner. ‘Om internationaal te excelleren, moet in Nederland een fors aantal kleine schakeltjes aan de genoemde voorwaarden voldoen. Dit is ook precies, wat innovatie zo moeilijk maakt. Het is onmogelijk om dit te sturen vanuit één entititeit, zoals de overheid. En een platform waar iedereen inzit, zoals bij het Olympisch plan, is log en bureaucratisch. Innovatie moet van onderop komen. Van hele goede mensen. Creatieve mensen ook, die ondernemend zijn én ambitie hebben.’

Om dit te realiseren, moet er in het opleidingslandschap wel het één en ander veranderen, betoogt Wagner. ‘Dat begint wat mij betreft al op de middelbare school, met tweetalig opleiden. En waar Nederland in vergelijking met andere landen bijvoorbeeld slecht op scoort, is de doorstroomratio. De kans dat je in Nederland de mavo doet en uiteindelijk op de universiteit terecht komt, is klein. Ons verouderde en verkokerde onderwijsstelsel moedigt niet aan, maar belemmert.  Wij maken ons in Nederland hartstikke druk over het onderscheid tussen een MBO-, HBO- of universitair stempeltje. Irrelevant. Hierdoor lopen wij behoorlijk veel talent mis.’ Ook is het onderwijs volgens Wagner niet genoeg op de praktijk gericht. ‘Als je in Nederland het vak ondernemerschap op het HBO of de universiteit krijgt, dan leer je dat uit een boekje. Of uit een onderzoek naar export.’

Daardoor maken relatief weinig ondernemers de stap naar het buitenland, volgens Wagner. Maar er zijn meer aspecten die meespelen. ‘Mensen studeren in Nederland af als Msc. Ze zullen inhoudelijk misschien goed in hun vak zijn, maar het worden zelden ondernemers. En als ze dat al worden,dan zijn ze rond hun 40ste ZZP-er. Hartstikke goed, maar dat zorgt niet voor autonome economische groei.’

Life long learning

Mede aangemoedigd door de tekortkomingen van het initiële onderwijs, neemt het belang van life long learning toe. ‘Natuurlijk. Iedereen die in het verkeerde voorsorteervak staat, kan via postinitieel onderwijs alsnog de juiste weg kiezen. Hierin hebben organisaties als AOG School of Management een ongelooflijk belangrijke functie, dat geloof ik écht. In tijden van vergrijzing hebben we meer nodig dan briljante universitaire studenten. Het is belangrijk dat je mensen dingen laat doen waar ze goed in zijn, zonder de verkokerde aanpak van een klassieke universiteit met diverse faculteiten en functionele vakken. Erg belangrijk is de rol van een goede studieadviseur. Wanneer iemand goed kan uitleggen waarom hij na facility management een HR-opleiding wil gaan doen, waarom zou je die daar dan van weerhouden? Maar ook het functiegerichte opleiden is in postinitieel onderwijs ook nog steeds diep ingesleten. En dat vind ik jammer.’

MBA’s

De ambitieuze professional met een ontwikkelbehoefte heeft het niet makkelijk, bij het kiezen van de juiste opleiding. Hij of zij kan inmiddels kiezen uit honderden managementopleidingen, tal van bedrijfskunde-studies en tientallen MBA’s. Waar zitten de verschillen? Wagner: ‘Er zijn inderdaad veel MBA’s, maar het aantal executive MBA’s is al een stuk kleiner. En executive MBA’s waarin ondernemerschap en innovatie centraal staan, zijn op één hand te tellen. Je moet dus even zoeken, maar het onderscheid is er wel degelijk.’

De programmadirecteur van AOG School of Management signaleert ook inhoudelijke verschillen. ‘Kijk, in de traditionele MBA wordt je nog eens langs alle bedrijfskundige velden gestuurd. Maar dit is vaak te basaal. Mensen zijn al voorgesorteerd en daarom moet je recht doen aan hun opleidings- en werkervaring. Je moet een generalist geen functionele dingetjes meer leren. Die doet hij in de praktijk toch niet. Stel, je bent voorzitter van een Raad van Bestuur, dan wil je toch niet meer lastig gevallen met een vak management en accounting, of marketing? Mensen zijn al bekend met de instrumenten en de middelen en willen hun eigen cockpit bouwen. Met daarbovenop de kop van een MBA.’

Venture Lab

AOG School of Management begint de opleiding met het Venture Lab, wat een geheel nieuwe aanpak is. ‘Hier werken mensen intenstief samen en komen ze onder coaching tot ontwikkeling van waardeproposities die ze ook in de praktijk gaan uitvoeren. Dit gaat veel verder dan in de traditionele sequentiële aanpak, met boekje-plannetje-onderzoekje. Je doet het allemaal tegelijk, net als in de echte praktijk.’

Tot slot wil Wagner benadrukken, dat ook de kopstudie MBA van AOG School of Management verder gaat dan het ontwikkelen van leiderschap, ondernemerschap en innovativiteit. ‘Leren is een ongelooflijk belangrijke inspiratiebron. Daarom ben ik ook zo’n fan van empowerment. Dit betekent, dat je verantwoordelijkheid zo dicht mogelijk bij de mensen zelf organiseert. Dit doen we in de opleiding eigenlijk ook. En dat geeft ongelooflijk veel energie.’

Terug naar nieuwsoverzicht

Op de hoogte gehouden worden?

Elke maand sturen we nieuw gepubliceerde kennisartikelen en houden we je op de hoogte van (gratis) inspiratiesessies en relevante informatie over onze academische opleidingen.