Herfsttij der sneuvelende wethouders

Peter Noordhoek, (kern) docent in publieke maatwerkprogramma's.

Peter Noordhoek, (kern) docent in publieke maatwerkprogramma’s.

Zo, het nieuwe jaar is weer begonnen. In de cijfers die we na krijgen van het afgelopen jaar valt één cijfer op: het aantal gesneuvelde wethouders. Waarom zoveel en waarom nu? Het heeft in ieder geval ook te maken met het moment in de raadcyclus.

 

 

VNG Magazine meldt in de eerste week van 2013 dat het jaar daarvoor 196 wethouders zijn vertrokken, waarvan 105 gedwongen. Wat opvalt in de reactie op deze getallen is dat er tot nu toe zo weinig reactie op is. Wat kost het allemaal niet? En dan moet het niet direct plat gemaakt worden door publiek gezucht over wachtgelden, noch de aandacht vooral uitgaan naar het persoonlijk drama, hoe groot dat ook kan zijn.

 

Voor de gemeente schuilt de schade vooral in termen van onafgemaakt beleid en doorbroken relaties. De afgelopen jaren is steeds meer in de samenleving ondergeschikt gemaakt aan het politiek primaat. Als de dragers van dat primaat bij bosjes sneuvelen is het te simpel om dat af te doen met verwijzing naar de kwaliteit van de personen of ‘de prijs van de democratie’. Vier jaar is in bestuurlijke termen een korte tijd. Een breuk kost dan veel, vaak te veel. En zoals menig moeder overdraagt: “overal waar ‘te’ voor staat is niet goed”. Het aantal moet lager.

 

Decentralisaties
Als ik een dokter was, zou ik zeggen dat de patiënt koorts heeft. Vervolgens zou ik rust voorschrijven. Maar ik ben geen dokter en weet dat het er niet in zit. Net zoals we nu de hypotheekrenteaftrek hervormen op het economisch meest ongunstige moment, zo staan we op lokaal niveau voor veel bestuurlijke opgaven, inclusief decentralisaties, die eigenlijk op een ander moment zouden moeten doen gebeuren. Het is niet anders, we hebben wellicht te lang gewacht om het eerder te doen. Nu staan we voor opgaven waarvan verwacht moet worden dat het ook nog in het voorjaar van 2013 herfsttij der wethouders zal zijn.

 

Raadsperiodieken
Het derde raadsjaar is van oudsher al een herfstjaar, dus het jaar waarin de meeste bestuurders uit hun zetel vallen. In 2005 en 2008 was het ook stevig raak. Zoals elke ervaren gemeenteman of -vrouw weet, zit er een ritme in elke raadsperiode. In het eerste jaar is het energieniveau hoog. Daarbij zijn het juist de gemeentesecretarissen die op hun tellen moeten passen – colleges willen toch een staf die zij bij hen vinden passen. Naar mate de volgende verkiezingen dichterbij komen zijn de bestuurders zelf aan de beurt. In deze cyclus is de omslag rond de zomer van het afgelopen jaar gekomen: de raadsperiode zit er dan voor de helft op.

 

Onderzoek
Het onderzoek van VNG Magazine somt een aantal redenen op waarom het zo ver is gekomen. Veruit de meeste ervan zijn plausibel, maar het blijft opvallen hoeveel het er zijn. Toch, zeker zo interessant is natuurlijk wat er richting de komende raadsverkiezingen gaat betekenen. Hieronder geef ik een soort kalender richting de verkiezingsdag in maart 2014, rekening houdend met deze cyclus. Volg je die lijn, dan is duidelijk dat de laatste wethouder nog niet gevallen is. Niet omdat het nu alleen om wethouders zou gaan, maar jeetje, dat zou toch anders moeten kunnen.

 

Prioriteren
Wondermiddelen heb ik ook niet ter beschikking. Het zal zonder moeten. Veel van de ontwikkelingen die nu wethouders doen sneuvelen – de meeste wegens budgetoverschrijding – hebben een sterke macrocomponent. Moeilijk te beïnvloeden dus. Tegelijk denk ik dat er op lokaal niveau en zeker binnen het gemeentehuis, veel coachings- en beïnvloedingsmogelijkheden onbenut blijven. Ik kijk dan vooral naar degenen die wel dicht tegen de politiek aanschuren maar er geen onderdeel van zijn: de ambtenaren en de bestuurders van maatschappelijke instellingen. Zij hebben hun eigen prioriteiten, maar mogen ook worden geacht mee te denken met hun ‘portefeuillehouder’. Het is in dat opzicht dat het beter kan.

 

Sneuvelen
Er is een raar soort dubbelbeweging aan de gang. Aan de ene kant wordt iedereen gedwongen steeds eerder te beginnen met nadenken en voorbereiden op de verkiezingen. Aan de andere kant komt het steeds meer op de laatste dagen, wat heet, de laatste uren aan. Er is nauwelijks nog rust in de cyclus. Daarbij komt dat bij de meeste partijen het aantal leden afneemt en er nauwelijks mogelijkheden voor delegatie zijn. De boog wordt dus steeds strakker gespannen en komt als het ware steeds boller te staan. Tegelijk is de rauwe grap dat juist in het relatief rustigste jaar misschien de meeste wethouders sneuvelen. Toch opvallend.

 

Steun in de rug
Ik houd het op een combinatie van gevaarlijke ontspanning, waarin fouten worden gemaakt die anders niet zouden worden gemaakt en de tijd hebben om na te denken, ook altijd erg gevaarlijk. Wie weet en is het juist het vooruitzicht van wat hen te wachten staat die wethouders doet sneuvelen. Dat zou jammer zijn, want het is en blijft een mooi en belangrijk vak. Maar soms kunnen ze wel een steuntje in de rug en een waarschuwend woord gebruiken.

 

Beleid en bestuur
Ik zou het wel willen roepen: begrijp nou wat je bestuurders beweegt en overkomt. Of je nu ambtenaar bent of een bestuurder die tegen de politiek aanzit, snap de spanning. Uit opleidingen en verenigingsactiviteiten krijg ik het beeld dat maar een beperkt aantal ambtenaren er echt weet waar bestuurders in de laatste termijn van raadsperiode doorheen gaan. Het percentage ambtenaren dat zelf politiek actief is (geweest) en dus weet wat het allemaal inhoudt, is relatief klein en lijkt eerder kleiner dan groter te worden. Velen hebben dus nooit zelf de stress van een selectie of campagne meegemaakt en gevoeld wat dat voor werk, privé en carrière betekent.

 

Meedenken
Ook veel directeuren van maatschappelijke instellingen hebben deze ervaring niet. En heus, dat moet je ondergaan hebben wil je het kunnen begrijpen (zei de oud-campagneleider). Enig invoelvermogen in deze cyclus van hoop, wanhoop en verwachting is wel praktisch, al was het maar vanwege het grote risico dat jouw urgente zaak helemaal niet als urgent wordt beschouwd door de wethouder of andere politicus die hoopt herkozen te worden. Een beetje meer meedenken kan dan heel wat schelen.

 

Dit bericht is een bijdrage van Peter Noordhoek. Peter Noordhoek is actief als auteur, adviseur en opleider op het brede terrein van kwaliteitszorg en organisatie-ontwikkeling. Bij AOG School of Management is hij onder meer een onmisbare schakel in maatwerktrajecten voor de publieke sector, waarbinnen zijn expertisie uitgaat naar vraagstukken op het grensvlak van bestuur en politiek.

Op de hoogte gehouden worden?

Elke maand sturen we nieuw gepubliceerde kennisartikelen en houden we je op de hoogte van (gratis) inspiratiesessies en relevante informatie over onze academische opleidingen.