Een filosofische beschouwing van professionals in bureaucratieën: ‘Je moet wel idioot zijn om hier te werken’
Alumnus Maarten de Rooij schreef voor Filosofie in Organisaties het essay Professionele autonomie in bureaucratieën, Hoe je te verhouden tot deze paradox. Het essay werd door onze examencommissie beoordeeld met ‘excellent’ en is hieronder in korte versie door hem opnieuw geschreven.
'Je moet wel idioot zijn om hier te werken'
Kun je met een zeilboot recht tegen de wind in zeilen? Nee, dat is onmogelijk. Je kunt wel bijna tegen de wind in zeilen, hoog aan de wind. Als je zo ver mogelijk naar de wind stuurt (oploeven), wordt de koers naar het doel het best benaderd.
Kunnen professionals werken in bureaucratieën? Dat lijkt onmogelijk. Een professional wenst autonomie, wil geen compromis sluiten met de eigen waarden en normen. Een professional wil vooral werk doen, wat het beste is voor hemzelf, klanten en collega’s. Dan alleen kan hij floreren. De bureaucratie echter protocolleert, legt zaken op, vaak zonder dat het duidelijk is waarvoor ze zijn.
Kunnen professionals werken in bureaucratieën? En zo ja; wat is daarvoor nodig? Het is voor professionals, HR-verantwoordelijken en managers belangrijk om over deze vraag na te denken. Professionals voelen zich vaak niet gebonden aan organisaties. De organisatie is veelmeer een middel tot interessant werk. Niet interessant genoeg? Dan is de professional weg.
De filosofie, waarin streven naar wijsheid het hoogste goed is, geeft inzichten voor deze paradox. De professional lijkt de idioot te moeten omarmen, de omgeving moet deze idioot op zijn beurt leren waarderen. In deze column bied ik daarvoor concrete handvatten.
Wat is 'de idioot'?
De oorsprong van het begrip ‘idioot’ is gelegen in de vierde en vijfde eeuw voor Christus. De oude Grieken noemden iemand die niet deelnam aan het publieke leven ‘idiotès’, terwijl het juist als plicht werd gezien dat de vrije burger zich met de gemeenschap en politiek bemoeide. Als je louter gericht was op je eigen professie, werd je beschouwd als onderontwikkeld mens, of ‘geen mens’, of ‘idioot’. Je zou hierdoor kunnen denken dat de idioot geen respect kreeg. Dat is niet waar, hij werd juist gewaardeerd om het eigene, het non-conformisme. Wat bezielde deze mensen, die zich richtten op meer hun eigen zaken, dan de wereld om hen heen en het politieke?
Het non-conformatisme raakt sterk aan de autonomie van de professional. We kennen allemaal voorbeelden van ‘idiotès’ in de organisaties waar we werken. Ik heb er één gekend die werkte met een bureau vol knuffels, anders kon hij zijn professie niet uitoefenen. Hij vertrouwde niet alleen op zijn verstand, maar volgde zijn gevoel. Hij had die knuffels nodig om te kunnen ‘performen’. Hij maakte zich er geen zorgen om, want hij kon verdomd goed ‘code kloppen’. Hij was zo eigengereid, dat je hem als vanzelf ging respecteren.
De (on)macht van het brein
Professionals, vaak hoog opgeleid, verwachten veel van hun brein, de denkkracht. Het brein helpt hen, zo hoor ik vaak, om de complexiteit van de bureaucratie te doorzien en daarbinnen te werken. Ik hoor uitspraken als ‘Dit is een complexe organisatie, maar dat maakt het voor mij juist extra uitdagend’.
Een brein kan echter vermoeid raken, daarnaast is het brein gelimiteerd. Vanwege de limitatie van het brein, hamert de Vlaamse filosoof Mersch op waardering voor wat hij noemt ‘de inwendige idioot’. In een interview met De Standaard bespreekt hij dat het aan de inwendige idioot te danken is dat we nog niet zijn uitgestorven, die idioot neemt namelijk razendsnel onzorgvuldige beslissingen.
Mersch betoogt dat het bij beslissingen prima is om te luisteren naar de inwendige idioot. Niet alleen bij onbenullige dilemma’s zoals wel of geen mayonaise bij het avondeten, maar ook de meer fundamentele keuzes. Zo is van Charles Darwin een lijstje bewaard met argumenten pro en contra een huwelijk met zijn aanstaande. De eerste kolom, waarin ook “beter dan een hond” stond, haalde de bovenhand. Mersch betwijfelt of zijn partnerkeuze écht zo rationeel was en of ze dat wel hoefde te zijn. Bij een partnerkeuze is irrationaliteit niet zo erg. Mersch: ‘Tenzij je halsoverkop een relatie met een gewelddadige drugsverslaafde begint, lijkt mij dat niet zo’n probleem’.
Waarbij de professional vertrouwt op zijn kennis en verstand, is een idioot bereid niet alleen naar zijn verstand, maar ook naar zijn lichaam en gevoel te luisteren, volgens voormalig denker des vaderlands en filosoof René ten Bos. De idioot valt terug op het basale: gevoel en lichaam, naast verstand.
De idioot pleegt zelfzorg
Het omarmen van de idioot is een levenskunst, of anders gezegd: zelfzorg. Het gaat hier om het bevorderen van positieve vrijheid, zodat je meer leert begrijpen wat je wilt en hoe je jezelf ergens toe verhoudt. Joep Dohmen, hoogleraar wijsgerige en praktijkgerichte ethiek, heeft het in dit kader over: ‘Een houding impliceert een verhouding tot anderen. Als je innerlijk vrij bent, kun je in de juiste relatie staan tot de ander’. Deze innerlijke vrijheid van de idioot zorgt voor een dieper besef en daarmee betere zelfzorg. Juist dat is nodig voor de professional om zich te verhouden tot bureaucratieën.
Omarm de innerlijke idioot
Professionals in bureaucratische organisaties worden in zijn algemeenheid ontmoedigd om tegen het systeem van heersende regels en overtuigingen in te gaan. Omdat managers onvoorspelbaarheid willen uitsluiten, worden emoties en impulsen als gevaarlijk gezien. Doordat managers dit soort gedrag manipuleren, ontkennen of uitsluiten raakt moraliteit doordrenkt van analyse en calculatie. Het is juist daarom van belang voor de professional om de innerlijke idioot te omarmen: sluit vriendschap met je innerlijke idioot en wees bereid om niet alleen naar verstand, maar ook naar lichaam en gevoel te luisteren.
· Professional: luister niet alleen naar je hoofd, maar ook naar je gevoel en lichaam.
· Manager: waardeer de professional die het net even anders doet, zo zorg je voor een blijvende uitdagende omgeving voor professionals.
Beter worden in verbanden leggen, keuzes onderbouwen, en betekenis vinden?
Grotere bewegingen zoals maatschappelijke transities, internationale politieke ontwikkelingen en economische turbulentie, zijn door informatiemedia altijd dichtbij. Daardoor hebt u het gevoel er ook wat mee te moeten; maar wat en hoe? Hoe ontdekt u de bredere verbanden? En vanuit welk denken bepaalt u uw keuze? Dit zijn typische vragen waarmee u in deze opleiding Filosofie in Organisaties aan de slag gaat.