Leiderschap en strategie in geagiteerd Groningen

Binnen de leergang Strategisch Leiderschap  mag ik de laatste jaren altijd een bijdrage leveren. Erg leuk om te doen en leerzaam voor in ieder geval mijzelf – en hopelijk ook voor de deelnemers. Bij het genot van uitspanning uit de dagelijkse werkzaamheden reflecteren op casussen van deelnemers of andere, vanuit ervaring en theoretische kennis van allen. En ach, we lossen ‘het’ meestal wel op of inspireren elkaar met ideeën. Vandaag bekijken we een case uit Groningen omtrent Centrum Veilig Wonen.

Leiderschap

Over wat leiderschap is, zou kunnen of moeten zijn, zijn veel boeken volgeschreven. Laten we hier aannemen dat er in elk geval een viertal eigenschappen aan leiderschap verbonden is. Er is het element van richting: visievorming, om te weten waar het naar toe moet, waar de stip op de horizon zich bevindt. Er is het element van vertrouwen: dat je moet verdienen, gegund krijgen van medewerkers en anderen, externen om de visie gedeeld te krijgen. Er is het element van (ver)binding: het verenigen of in lijn brengen van de verschillende belangen die spelen, zodat die herkend worden in de visie. En er is een element van activeren: het in beweging krijgen, faciliteren, enthousiasmeren, ondersteunen van de ontwikkeling en hen die ze vormgeven en implementeren.

Strategie

Over strategie zijn overigens nog veel meer boeken volgeschreven. En over of strategie überhaupt planbaar is of vooral iets is dat je achteraf kunt gebruiken. Laten we aannemen dat strategie die verzameling van activiteiten inhoudt die de kans maximaliseert dat je het doel, de stip op de horizon bereikt, ook wanneer die stip langs de horizon mocht bewegen, hetgeen natuurlijk vaak het geval is. Indien de horizon zelf uit het zicht raakt en er desalniettemin resultaat geboekt wordt, wordt achteraf vaak gesproken van een emergente strategie, waarmee het succes achteraf verklaard (en toegeëigend) kan worden. Strategisch leiderschap zal dan zoiets inhouden als het verbinden van de organisatie, haar medewerkers, belanghouders en haar activiteiten op de visie van de organisatie, haar doelen en hoe ze te realiseren.

Het is goed om jezelf af en toe buiten je comfortzone te weten, al was het maar om je te realiseren dat de praktijk af en toe toch wat weerbarstiger is dan de beslotenheid van de opleidingsruimte soms suggereert. Zo is het mijn voorrecht om nu al weer bijna een jaar in het Groningse te werken. En Groningen is geagiteerd. Letterlijk en figuurlijk, ten gevolge van de gaswinning ter plaatse door de NAM.

Centrum Veilig Wonen

Ongeveer een jaar geleden is een nieuwe organisatie opgericht, Centrum Veilig Wonen (CVW), die als opdracht heeft gekregen het afhandelen van de aardbevingsschade en het preventief versterken van huizen en gebouwen in die regio om de veiligheid ervan te vergroten. Omdat de aardbevingen nog wel enige tijd gaan voorkomen, in welke mate de gaskraan in de toekomst ook wordt dichtgedraaid. En ik heb het voorrecht gehad om vanaf het begin bij CVW betrokken te zijn geweest.

CVW is in haar eerste 10 maanden enorm snel gegroeid in omvang en diversiteit van werkzaamheden, in aantallen mensen die ervoor werken én in zichtbaarheid voor haar omgeving en daarmee voor allerlei actoren in het aardbevingsdossier. Het is voor elke snel groeiende organisatie al een enorme opgave om de eigen medewerkers te verbinden op doelstellingen, ambities en op elkaar (cultuur). Maar CVW werkt daarenboven bij uitstek midden in ‘het publieke oog’ en dient zich te verhouden tot – en om te gaan met alle belangen van de partijen in het veld. En dat zijn er nogal wat.

De belanghouders

In de werkelijkheid van de aardbevingen in Groningen wemelt het van de belanghouders. Eerst en vooral natuurlijk de bewoners van het gebied. Zij die niet alleen hun bezit bedreigd zien, maar bovendien de rust van hun ‘dagelijkse leven’ en hun veiligheid. Je elke keer na een beving afvragen of er weer ergens een scheur zit, meerdere keren aannemers om je huis krijgen om herstel- of preventieve versterkingsmaatregelen aan je woning te ondergaan, je huis uit moeten omdat de constructie ervan moet worden versterkt of omdat het zelfs gesloopt en opnieuw gebouwd moet worden. Bevorderlijk voor je nachtrust is het niet. Nog afgezien van de grote toename van bouwverkeer en bouwactiviteiten die we de komende tijd in dit gebied tegemoet kunnen zien.

Naast de bewoners als evidente belanghouders is er nog een groot aantal andere binnen dit dossier, waaronder NAM zelf, gemeenten, provincie, woningbouwcorporaties, bewonersbelangengroeperingen, vertegenwoordigers van belangen van cultureel erfgoed, ondernemers, ondernemingen en hun vertegenwoordigers, het Groninger Gasberaad, de ministers Kamp en Blok en natuurlijk de onlangs geïnstalleerde Nationaal Coördinator Groningen. En hoewel deze partijen binnen dit thema allen belang houden is dat niet noodzakelijkerwijs steeds hetzelfde belang. Ieder heeft namelijk zijn eigen belang, soms expliciet, soms ook impliciet.

Hoe moet CVW koers houden in dit drukbevolkte speelveld van belangen?

Behulpzaam voor deze gedachtenexercitie kan misschien zijn om onderscheid te maken tussen wat je echt wilt bereiken, wat je drijft, waarom je bestaat, wat de ‘why’ is van je organisatie, zoals Sinek dat noemt enerzijds – en de doelen en doelstellingen van de organisatie anderzijds. Doelen en doelstellingen zijn immers geabstraheerd van het ‘Hoger Doel’ de bestaansreden en zijn de concretisering van dat Hoger Doel. Die doelstellingen dienen vervolgens om te kunnen meten -vertaald in KPI’s, performance indicatoren, scoresheets herstel- of progressie en resultaat geboekt is. En niet te vergeten om te rapporteren. Hoe voorkom je nu dat je in het nastreven van de concrete doelstellingen de stip op de horizon, je primaire bestaansreden, waar het allemaal om begonnen is,  uit het oog verliest? Met andere woorden hoe voorkom je dat je je in je daden met name laat leiden door het behalen van je doelstellingen in plaats van je Hogere Doel? Zeker in een omgeving die bol staat van de belanghouders met eigen belangen die willen weten en meten? Hoe voorkom je dat je je als organisatie gaat richten op de komende twee te ronden boeien, zonder dat je in de gaten hebt dat de finish verplaatst is en de wind uit een andere hoek waait? In termen van het CVW: Hoe voorkom je spreadsheetmanagement in een omgeving waarin allerlei belanghouders je willen beoordelen op ‘SMARTe’ doelstellingen en KPI’s in lijn met hún belangen, hoe legitiem en begrijpelijk ook en hou je focus op je bestaansrecht en –reden: het realiseren van oplossingen en werkelijke waarde voor de bewoners en ondernemers van het Groningse land – in afstemming en coördinatie met al die belanghouders?

Geen gemakkelijke vraag om te beantwoorden. Maar mijn overtuiging is dat een belangrijk deel van het antwoord te maken heeft met leiderschap. Met het overstijgen van deelbelangen en het verbinden van partijen op het uiteindelijke Hoger Doel, een veilig, leefbaar en kansrijk Groningen. Ook als dat met zich meebrengt dat deelbelangen, van welke aard ook, in de prioritering soms moeten wijken voor andere in het dienen van dat Doel. De vraag is alleen, wie gaat dat leiderschap in Groningen aan de dag leggen?

Dit is een bijdrage van drs. Ton Timmermans. Drs. Ton Timmermans is directeur van TTMA en tevens module docent in de leergang Strategisch Leiderschap en Klantstrateeg.

Op de hoogte gehouden worden?

Elke maand sturen we nieuw gepubliceerde kennisartikelen en houden we je op de hoogte van (gratis) inspiratiesessies en relevante informatie over onze academische opleidingen.